Gezondheidsklachten door minder bewegen tijdens thuiswerken

29-10-2020 08:12 | 2 jaar geleden Binnenland
Noor Willemsen

Dit is een expertquote via ANP Expert Support
Kenniscentrum Sport en Bewegen
Aanleiding: Zere nek door laptop op eettafel: CNV bezorgd over thuiswerkblessures | NOS

Veel professionals werken sinds de corona-crisis (meer) thuis. Vakbond CNV geeft aan dat 41 procent van de professionals vaker last heeft van schouder, nek of arm sinds zij thuiswerken door corona. Een belangrijke oorzaak is de werkhouding van professionals. Behalve deze oorzaak bewegen professionals minder tijdens het thuiswerken. Ook dit zorgt voor gezondheidsklachten.

Professionals die thuiswerken zitten langer achter hun laptop en bewegen gedurende hun werkdag minder. In het voorjaar van 2020 was een afname van bewegen van 20% te zien onder professionals die thuiswerken (Pulles, 2020). Ook uit data van FitBit van oktober 2020 blijkt dat professionals minder bewegen dan voor de corona tijd. Deze afname is met name te zien door het wegvallen van actief woon-werkverkeer zoals fietsen of wandelen naar het werk. In 2019 spendeerden 18-64-jarigen aan deze activiteit nog ongeveer 1,2 uur per week (RIVM, 2020). Maar ook het wegvallen van beweegactiviteiten zoals lunchwandelen hebben hier een invloed op.

En juist voldoende bewegen levert zoveel positieve effecten op in deze tijd, ook op de korte termijn. Maar hoe breng je beweging in je thuiswerkdag? Verschillende tips:

  • Wandel of fiets een ommetje ‘s ochtends voor je werk alsof je naar je werk gaat. Dit zorgt voor een frisse start van de ochtend.

  • Kies (minimaal) één vast beweegmoment dat bij je past en neem het op in je planning van de dag. Voor de één geldt dat bewegen direct na het opstaan goed werkt, Een ander plant liever iets tijdens de lunchpauze of juist voor of na het avondeten. Bedenk hoe je gaat bewegen op dit moment. De afgelopen periode blijken professionals bijvoorbeeld relatief vaker een ommetje of fietstocht te maken, zoals een blokje om of de hond uitlaten (Kennisinstituut voor Mobiliteitsbeleid, 2020).

  • Zorg voor beweegmomenten terwijl je aan het werk bent: lopend bellen, zet geen thermoskan op je bureau maar loop voor een vers kopje koffie of thee heen en weer naar de keuken, wissel staan en zitten achter je bureau af en neem de trap in je huis een paar keer extra.

  • Denk ook aan je botten en spieren! Neem een paar keer extra de trap of ga tijdens het bellen op een been staan en wissel dit af.

Dit is een expertquote van een deelnemer van de dienst ANP Expert Support. De ANP-redactie is niet verantwoordelijk voor deze quote. Zie anp.nl/experts
Kenniscentrum Sport en Bewegen
plaats:
Ede
website:
http://kenniscentrumsportenbewegen.nl

Andere quotes van deze organisatie

Mediagebruik jonge kinderen neemt toe, afwisselen met bewegen is nodig

Uit het Iene Miene Media-onderzoek blijkt dat jonge kinderen meer gebruik maken van digitale media dan ooit. Voor een kwart van de baby’s gaat het zelfs om meer dan twee uur per dag. Dat is in strijd met het advies vanuit de Wereldgezondheidsorganisatie. Bovendien gaat het gebruik van digitale media vaak gepaard met stilzitten, waardoor veel van deze jonge kinderen onvoldoende bewegen. Dat gaat ten koste van hun gezondheid.

Om de negatieve effecten van het gebruik van digitale media te voorkomen, is het nodig dat kinderen in een vroeg stadium bewust, veilig en gezond met media leren omgaan. Het gaat daarbij om het vinden van de juiste balans. Uit het onderzoek blijkt dat mediagebruik vaker samengaat met stilzitten naarmate kinderen ouder worden. En dat brengt gezondheidsrisico’s met zich mee.  

Bewegen speelt een grote rol in het voorkomen van problemen met de gezondheid van jonge kinderen. Hoewel er beperkt onderzoek is naar beweeggedrag van kinderen jonger dan 4 jaar, laten studies meestal zien dat meer bewegen en minder stilzitten samengaan met een betere gezondheid en gunstige ontwikkeling van jonge kinderen. Voor kinderen vanaf 4 jaar laat onderzoek zien dat lichamelijke activiteit samenhangt met een hogere botdichtheid, hogere fitheid en een betere motorische ontwikkeling. Kinderen met goed ontwikkelde motorische vaardigheden zijn fitter, hebben minder kans op overgewicht of chronische aandoeningen en ervaren meer plezier aan sport en bewegen. 

Langdurig stilzitten beperken en regelmatig bewegen zijn dus essentieel voor een gezonde ontwikkeling van jonge kinderen. Tegelijkertijd zijn digitale media niet meer weg te denken uit het leven van jonge kinderen. Des te belangrijker dus om de kinderen op jonge leeftijd te leren hoe ze hier gezond mee om kunnen gaan zodat ze hier later niet mee in de problemen komen. Het is belangrijk dat opvoeders het juiste voorbeeldgedrag geven en zorgen voor voldoende balans tussen bewegen en stilzitten in combinatie met het gebruik van digitale media. En dat de keuzes die ze daarbij maken, bewuste keuzes zijn. 

6 dagen geleden

Meer inzetten op bewegen verlaagt druk op huisartsenzorg

Onderzoek door ABN AMRO laat zien dat de kwaliteit en toegankelijkheid van de huisartsenzorg onder druk staat. Men pleit voor intensievere samenwerking tussen de verschillende takken van de zorg, zoals de huisartsen, de GGD, de geestelijke gezondheidszorg, ziekenhuizen en de wijkverpleging. Maar samenwerking kan en moet veel verder gaan: betrek ook het sport- en beweegdomein erbij voor verlaging van de druk. 

Een behoorlijk deel van de (huisartsen)zorg heeft te maken met het behandelen van chronische leefstijlgebonden aandoeningen. Inmiddels hebben 10 miljoen Nederlanders een of meer chronische aandoeningen. Sporten en bewegen helpen effectief veel van deze aandoeningen te voorkomen, ziektelast te verlagen, ziekteprogressie te vertragen en ernstige valincidenten te voorkomen. Denk aan diabetes type 2 (1 miljoen patiënten), hart- en vaataandoeningen (1,7 miljoen), depressieve klachten (meer dan een half miljoen bekend bij huisarts), kankersoorten als borst-, darm-, en prostaatkanker en 100.000 spoedeisende hulp bezoeken na een val.

Er is veel winst te behalen. Zo’n 52 procent van de volwassenen tot 65 jaar en 58 procent van de 65-plussers voldoen niet aan de beweegrichtlijnen; de hoeveelheid bewegen die risico’s aanzienlijk verlaagt. 

Het is daarom verwonderlijk dat er in de spreekkamer nog niet op grote schaal wordt ingezet op het goede gesprek over bewegen. Het hoeft de huisarts of praktijkondersteuner zelf niet veel tijd te kosten en vraagt weinig extra kennis. Korte gesprekken, met de juiste verwijzingen, kunnen patiënten al behoorlijk op weg helpen.

Al jaren hebben gemeenten de mogelijkheid om buurtsportcoaches in te zetten op de verbinding tussen zorg en sport en dan vooral voor degenen die het niet lukt om uit zichzelf meer te gaan bewegen. Het goede nieuws is dat er nu verschillende akkoorden en regelingen zijn, zoals het Integraal Zorg Akkoord (IZA) en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA), die meer inzetten op preventie. Bovendien stimuleren de akkoorden samenwerking tussen zorg en sport in het gemeentelijk domein. De Brede Specifieke Uitkering (SPUK) biedt alle gemeenten veel extra financiering om preventieve activiteiten te organiseren.  

Al met al is de tijd rijp om veel sterker in te zetten op het stimuleren van sporten en bewegen vanuit de spreekkamer om daarmee de druk op de zorg te verlagen. Een win-win-win situatie voor de dokter, de patiënt en de staatskas. 

1 maand geleden

Gebrek aan gymzalen hoeft voor scholen geen belemmering te zijn

Het feit dat er te weinig gymzalen zijn om twee uur gym per week aan te bieden, is een probleem. Want kinderen moeten voldoende kunnen bewegen, dat is belangrijk voor hun gezondheid en voor de motorische en cognitieve ontwikkeling. Echter hoeft het gebrek aan gymzalen geen belemmering te zijn. Het gebruik van de openbare ruimte als alternatief voor de gymzaal is goed mogelijk.

Veel (buiten)sportaccommodaties worden overdag weinig gebruikt en ook in de directe omgeving van een school zijn vaak mogelijkheden om een gymles op een alternatieve, verantwoorde wijze in te vullen. Het is afhankelijk van de lokale situatie wat er mogelijk is, maar kijk als school eens naar de mogelijkheden in de openbare ruimte. Is er een Cruyff Court of Krajicek Playground in de buurt? Een sportaccommodatie die niet gebruikt wordt? Een park of een bos? En natuurlijk het schoolplein zelf. Richt dat zo in dat er voldoende mogelijkheden zijn om te bewegen en dat de vakleerkracht een alternatieve en uitdagende gymles kan verzorgen.

Scholen kunnen contact zoeken met de lokale sportclub of vragen of de buurtsportcoach de verbinding kan leggen. De gemeente heeft hierin een belangrijke rol door te zorgen voor openstelling van de sportparken voor het onderwijs, of bijvoorbeeld door het aanstellen van een sportparkmanager. Het beweegvriendelijk inrichten van openbare ruimte geeft scholen de mogelijkheid er gebruik van te maken onder schooltijd en nodigt de buurt uit buiten schooltijd te bewegen. De Schoolpleinscan kan hierbij helpen.

2 maanden geleden

Buitenspelen biedt kans voor invulling verplichte twee uur gym

Vanaf komend schooljaar (2023-2024) zijn basisscholen verplicht twee lesuren gym per week te geven. Maar er zijn niet overal genoeg gymzalen beschikbaar voor de lessen. Buitenspelen biedt hierin de oplossing. Maak van de gymles een buitenspeel-gymles. De gymles is namelijk erg belangrijk voor de ontwikkeling van kinderen, net zoals buitenspelen dat is. Een win-winsituatie. Buitenspelen draagt bij aan fysieke en motorische ontwikkeling van kinderen. En kinderen vinden buitenspelen vooral ook leuk. 

Het is cruciaal dat kinderen van jongs af aan met plezier veel en gevarieerd bewegen. Goede begeleiding en stimulans van (vak)docenten is van belang bij buitenspelen. Kinderen kunnen hun eigen autonomie en creativiteit gebruiken om spellen te verzinnen of aan te passen. Buitenspelen draagt positief bij aan de motorische vaardigheden van kinderen. Goed ontwikkelde motorische vaardigheden zijn van belang bij deelname aan sport- en spelactiviteiten van kinderen en ze worden uitgedaagd om een brede basis te ontwikkelen. Gevarieerde beweegactiviteiten tijdens het buitenspelen dragen bij aan verschillende grondvormen van bewegen, het zorgt voor een betere balans, coördinatie en lichaamsbewustzijn. Naast de motorische ontwikkeling worden volop sociale vaardigheden ontwikkeld zoals emotieregulatie, het stellen van grenzen, zelfvertrouwen en het omgaan met successen en tegenslagen. Het combineren van buitenspelen met de gymles draagt hierdoor bij aan een gezonde ontwikkeling van kinderen. Maar vervang het buitenspeelmoment niet met de gymles. 

Om een buitenspeel-gymles succesvol te maken is een goed ingericht speelplein belangrijk; veilig en schoon. Voldoende ruimte, losse materialen zoals ballen, springtouwen en natuurlijke materialen en vaste sport- en speeltoestellen, vormen een belangrijk onderdeel. Afwisseling tussen harde en zachte ondergrond, hoogteverschillen en groene zones dragen bij aan voldoende uitdaging op het schoolplein. 

2 maanden geleden

Topsporters hebben ook na hun carrière coaching nodig

De overgang van een topsportcarrière naar een ‘gewone’ baan is voor veel topsporters een lastige periode. Uit onderzoek blijkt dat ex-topsporters vaak worstelen met het verlies van hun identiteit als topsporter, de bijbehorende doelen en de dagelijkse structuur.

NRC schreef deze week over het programma ‘TeamNL@Work’ van sportkoepel NOC*NSF, dat topsporters helpt bij de transitie van topsporter naar een andere baan. Dit programma is in het leven geroepen omdat sporters vaak moeite hebben met deze overgang. Ze hebben door de sterke focus op hun sport niet altijd een idee van wat ze daarna willen doen, of hoe ze dat moeten aanpakken.

Uit wetenschappelijk onderzoek naar het einde van de topsportcarrière blijkt dat zulke programma’s hard nodig zijn. Topsporters maken vaak een moeilijke periode door als ze stoppen met sport. Zeker als dit plotseling gebeurt, bijvoorbeeld als ze door een blessure niet meer op topniveau kunnen presteren. 

Topsporters worstelen vaak met het verlies van hun identiteit als ze stoppen; ze hebben het gevoel niets anders te kunnen of te zijn dan topsporter. Het is daarom goed als sporters tijdens hun topsportjaren al nadenken over hun carrière na de sport. Ze kunnen bijvoorbeeld een opleiding gaan volgen of werkervaring opdoen. Ook is het goed voor de mentale gezondheid van ex-topsporters om vooral te blijven sporten naast hun nieuwe baan. 

2 maanden geleden

Overheid kan met inzet op sport gezondheidsverschillen tussen arm en rijk verkleinen

In Nederland leven ‘rijken’ nog steeds langer en ook langer in goede gezondheid dan Nederlanders die armer zijn. Een belangrijke reden hiervoor is het verschil in leefstijl tussen arm en rijk. Naast verschillen in roken, overgewicht en ongezonde voeding is ook het verschil in sport en bewegen groot tussen rijk en arm. Terwijl dat juist een belangrijke preventieve oplossing kan zijn om deze verschillen te verkleinen.

Uit onderzoek blijkt dat sport en bewegen van groot belang is voor onder andere de fysieke, mentale en sociale gezondheid en ontwikkeling van mensen. Sporten en bewegen heeft een positief effect op de gemoedstoestand en emoties van mensen, dus op hoe iemand zich voelt. Ook draagt het bij aan een betere stressregulatie, wat erg van belang is bij mensen die kampen met geldzorgen. Maar vooral de fysieke effecten van sport en bewegen leveren veel voordeel op als het gaat om de levensverwachting en gezondheid van Nederlanders. Denk aan het verlagen van onder andere de kansen op hart- en vaatziekten, verkleinen van het risico op diabetes en het verkleinen van (het risico op) overgewicht en obesitas.

De verschillen in sport- en beweeggedrag zijn groot tussen rijk en arm. Mensen met een lagere sociaaleconomische status sporten en bewegen significant minder dan mensen met een hogere sociaaleconomische positie. Dit verschil ontstaat al bij kinderen en jongeren. Maar hoe ouder mensen worden, hoe groter het verschil wordt. Als je kijkt naar volwassen Nederlanders dan sport bijna de helft van de mensen met een laag inkomen nooit (44,1 procent). Voor mensen met een hoger inkomen is dit slechts 6,5 procent. Daarnaast geldt ook dat wanneer lage inkomensgroepen sporten, ze dit overwegend minder frequent doen dan hogere inkomensgroepen.

Als je weet wat sport en bewegen kan opleveren en wat de preventieve werking daarvan kan zijn, zou dat een van de pijlers vanuit de overheid kunnen zijn om de gezondheidsverschillen te verkleinen. Zeker nu de groep met een modaal inkomen ook vaker met geldzorgen kampt, is het risico aanwezig dat de kansenongelijkheid nog verder gaat toenemen. Sport en bewegen kan dus voor een steeds grotere groep van grote waarde zijn. 

3 maanden geleden