Duurdere vleesvervangers minder in trek bij consument

14-02-2023 07:00 | 8 maanden geleden Binnenland
Ceel Elemans

Dit is een expertquote via ANP Expert Support
ING
Aanleiding: Vleesvervangers gingen de wereld redden, maar dat bleek gewoon weer een hype

De verkopen van plantaardige vleesvervangers lopen terug. Door de oplopende inflatie kijkt de consument kritisch naar de boodschappen. Plantaardige vleesvervangers waren al duurder dan vlees en zijn dat het afgelopen jaar door kostenstijgingen van grondstoffen, energie en logistiek ook gebleven. Hierdoor haakt een deel van de consumenten af, vooral de ‘lichtgroenen’. De verwachting is dat de verkoop van vleesvervangers weer toeneemt wanneer de portemonnee van de consument het toelaat.

Tegenwoordig zijn er ook andere manieren om gezond te eten. Consumenten vinden de CO2-footprint en het dierenwelzijn belangrijk en kiezen daarom bewust voor geen of minder vlees en meer vis, groenten of andere voedzame producten. Ook kijkt de consument kritischer naar de ingrediënten van vleesvervangers, de bewerkingen en toevoegingen. Is dat echt wel zo gezond? Daar komen steeds meer vragen over.

Eerder ING-onderzoek laat zien dat de groei van plantaardige vervangers voor vlees en zuivel langzaam plaatsvindt. Het tempo hangt af van de manier waarop producenten van vleesvervangers omgaan met de toenemende kritiek op ‘superbewerkte’ voeding. Door het aantal bewerkingen te verminderen en minder e-nummers te gebruiken. Ook supermarkten spelen hierin een belangrijke rol met bijvoorbeeld een behapbaar, dus minder breed aanbod. Ook kunnen zij het prijsverschil verkleinen en vleesvervangers náást het vlees leggen, zodat de consument gemakkelijker kan kiezen.

Dit is een expertquote van een deelnemer van de dienst ANP Expert Support. De ANP-redactie is niet verantwoordelijk voor deze quote. Zie anp.nl/experts
ING
plaats:
Amsterdam
website:
https://www.ing.nl/zakelijk/sector/food-agri

Andere quotes van deze organisatie

Consument vindt vermindering van vleesconsumptie een lastige opgave

We lijken in Nederland niet zonder vlees te kunnen. Al sinds jaar en dag blijft de Nederlandse jaarlijkse consumptie van vlees op een gelijk niveau van ongeveer 38 kilo per persoon per jaar. Weliswaar zitten in vlees belangrijke bouwstoffen, maar wanneer de consument zich zou houden aan het voedingsadvies in de Schijf van Vijf zou dat al leiden tot een 40 procent lagere vleesconsumptie.

Minder vleesconsumptie leidt tot een lagere belasting van het milieu, maar dat minderen gaat niet vanzelf. Consistente en goede voorlichting door overheid en bedrijven zijn daarvoor nodig. Dat gebeurt nu niet of nauwelijks. Een gemiste kans, want het kan wel bijdragen aan een gewenste gedragsverandering.

Cijfers laten zien dat ingebakken gewoontes moeilijk zijn te veranderen. Daar gaat wel een generatie overheen. Ook de toenemende belangstelling voor plantaardige vleesvervangers draagt niet bij aan een lagere vleesconsumptie. Daar komt bij dat de groeiverwachting voor de nog steeds relatieve kleine markt van plantaardige vleesvervangers (nu 2 procent) door marktexperts naar beneden is aangepast, vanwege de relatief hoge kosten en vraagtekens over de kwaliteit van het product. De consument stelt steeds meer vragen over allerlei toevoegingen in deze producten.

Enquêtes over gezonder eten presenteren hetzelfde beeld, de consument komt maar heel traag in beweging. Gedragsverandering vraagt om impactvolle voorlichtingscampagnes. Nu wordt de consument vooral in de verleiding gebracht tot het eten van vlees. De ‘kiloknallers’ komen niet meer voorbij, maar nog steeds wordt de consument met veel aanbiedingen verleid tot het eten van vlees.

Een campagne die aangeeft wat de milieu-impact is van een overmaat aan vlees, kan ervoor zorgen dat consumenten bewuster gaan kiezen voor alternatieven, in welke vorm dan ook, of gaan minderen. De beweging naar een duurzamer eetpatroon kan met goede, aansprekende voorlichting dus mogelijk wel van de grond komen. Het is alleen maar goed voor de sector wanneer de vleesconsumptie een dalende tendens gaat laten zien. Bij verder uitblijven, kunnen minder vrijblijvende maatregelen de volgende stap zijn.

3 uur geleden

Maakindustrie heeft nog stappen te zetten naar digitale volwassenheid

Voor maakbedrijven die aan elkaar leveren is het geautomatiseerd uitwisselen van gegevens van groot belang om op langere termijn concurrerend te blijven. Wereldwijde verstoringen hebben het digitaliseren van industriële productieketens in een stroomversnelling gebracht. Druk vanuit eindproducenten en sector brede datastandaarden versnellen dit proces.

Veel wijst erop dat dit één van de missende stukjes van de industriële productiviteitspuzzel is. Hoe meer bedrijven zijn aangesloten bij een digitale productieketen, hoe groter de voordelen voor de keten als geheel. Bovendien bieden digitale productieketens aanknopingspunten voor meer ketenverantwoordelijkheid en circulariteit.

Maar kansen worden nog onvoldoende gepakt, met name bij de kleinere industriebedrijven. Ketensamenwerking, schaalvergroting en investeren in ICT- kennis zijn van cruciaal belang voor een versnelling en behoud van de concurrentiepositie.

Kansen op productiviteitswinst door digitalisering liggen voor het oprapen. Door eerst een solide digitale basis te creëren en geleidelijk op te schalen kunnen bedrijven deze voordelen optimaal benutten. Bijvoorbeeld het digitaal uitwisselen van orders. Er hoeven geen gegevens meer handmatig ingetypt te worden, wat veel tijd kost en foutgevoelig is. Snelheid en nauwkeurigheid nemen enorm toe. De doorlooptijd in de hele keten zal hierdoor uiteindelijk korter worden.

De grote winst van een smart industry ligt in het nemen van beslissingen op basis van realtime data. De Nederlandse en Europese maakindustrie is nog niet halverwege deze evolutie. Naar schatting bevindt het merendeel van de bedrijven zich grofweg aan het eind van fase twee van het digitale ontwikkelingsmodel, het digitaal verbinden van bedrijfssystemen.

Hierin blijven investeren is van groot belang. De meerwaarde van digitale toepassingen neemt met elke stap verder toe. Op basis van digitale koppelingen weten wat er actueel gebeurt (zichtbaarheid) en waarom het gebeurt (transparantie) zijn de volgende veelbelovende stappen. Vervolgens kun je met data-analyses voorspellen wat gaat gebeuren. Uiteindelijk bereik je een data driven autonome reactie. Industriebedrijven krijgen hierdoor meer inzicht en handelingssnelheid. Met als resultaat lagere faalkosten, grotere flexibiliteit, hogere productiviteit, een kortere time-to-market en een sterkere internationale concurrentiepositie.

1 week geleden

Gebouwen geschikt voor meerdere functies gaan langer mee

Bedrijven hebben minder kantooroppervlakte nodig nu meer mensen thuiswerken. Voor kantoorgebouwen op ongewilde locaties die veel energie verbruiken is het niet eenvoudig een huurder te vinden. Daarentegen hebben we een dringende behoefte aan woningen. Transformatie naar woningen lijkt dan ook een voor de hand liggende oplossing. Alleen is dit niet altijd te realiseren, omdat de kosten voor aanpassing van het kantoorgebouw niet in verhouding staan tot de waarde die het heeft als appartementencomplex. Zonder transformatie resteert sloop en vervolgens nieuwbouw. Dit kost veel schaarse bouwmaterialen. Als bij het ontwerp al rekening gehouden wordt met een transformatie naar een andere functie zorgt dit ervoor dat het gebouw langer in gebruik kan blijven. Dat is duurzamer en tegelijkertijd economisch interessant.

Op dit moment worden kantoren zo ontworpen dat ze lastig om te bouwen zijn naar woningen of een hotel. Zo heeft een kantoor vaak diepe etages waardoor er voor woningen te weinig daglicht is. Transformatie van traditionele kantoren is duur; er moet veel aan getekend worden en de bouw is kostbaar.

Dat kan anders. In het ontwerp al rekening houden met meerdere functies (wonen, kantoor, maatschappelijk) zorgt ervoor dat je het later bouwtechnisch makkelijker kunt aanpassen. Een kantoor wordt geacht 50 jaar mee te gaan. In de praktijk wordt dit lang niet altijd gehaald, omdat de behoeften veranderen. Het is ook praktisch onmogelijk om te voorspellen waar wij als maatschappij over 50 jaar behoefte aan hebben. Neem de coronapandemie als voorbeeld. Die heeft niemand voorspeld en daardoor zijn in korte tijd meer mensen thuis gaan werken.

Het ontwerpen van ‘multi-purpose’ gebouwen ligt bij de architecten en de opdrachtgevers. Maar om het echt van de grond te krijgen is er meer nodig. Een gebouw dat nu een kantoor is, heeft ook een woonbestemming nodig wil het kunnen ‘verkleuren’ naar appartementen. Hier speelt de gemeente een rol. En taxateurs moeten de flexibiliteit van een gebouw op waarde kunnen schatten. Want het bouwen van een adaptief gebouw is in eerste instantie vaak duurder, maar door de langere levensduur wel duurzamer en goedkoper over de hele levensduur. Als de langere levensduur in de waardering terugkomt kunnen investeerders en financiers deze hogere investering financieren.

2 weken geleden

Sterkte groei IT-dienstverleners zwakt af

IT-dienstverleners lieten de afgelopen kwartalen een sterke omzetgroei zien van rond de 10 procent. Deze hoge groei is niet structureel en zal daardoor de komende kwartalen afvlakken. Wel vangen nieuwe groeikansen op vlak het van cyberveiligheid en AI die afzwakking deels op.

De sterke omzetstijgingen van de afgelopen tijd werden grotendeels veroorzaakt door prijsverhogingen en minder door volumegroei. IT-dienstverleners hadden last van stijgende inkoopprijzen en toenemende loonkosten. Door de krapte op de IT-arbeidsmarkt zagen IT- dienstverleners zich veelal genoodzaakt de lonen minimaal met de inflatie te corrigeren.

Deze stijgende inkoopprijzen en loonkosten wisten IT-dienstverleners grotendeels door te berekenen aan afnemers, wat de omzet op dreef. Hierdoor heeft het gros van de IT-dienstverleners zijn marges op peil weten te houden.

Nu de inflatie weer gedaald is, lijkt ook aan de prijsstijgingen en daarmee forse omzetstijgingen van de afgelopen tijd een eind te komen. De sector zal terug keren naar het groeipad van voor corona van 6 tot 7 procent per jaar, wat nog altijd fors boven het BBP ligt.

Hoewel bedrijven - afnemers van IT-diensten - bij economische tegenwind kritischer naar investeringen kijken, zo ook IT-investeringen, zien we ook dat bedrijven juist dan willen investeren in digitalisering om efficiënter te werken en kosten te besparen. Daarnaast stuwt ook de vraag naar cyberveiligheid, compliance en AI de vraag naar IT-diensten. Per saldo blijft de sector dus groeien, maar minder hard.

2 weken geleden

Gemeenten kunnen verschil maken bij gezondere voedingskeuzes van consument

Consumenten krijgen vrijwel dagelijks te maken met verleidingen tot ongezond eten. Om het overgewicht onder volwassenen en jeugd omlaag te brengen, heeft het kabinet vijf jaar geleden met maatschappelijke organisaties het Nationaal Preventie Akkoord (NPA) gesloten. 

Maar vijf jaar later hebben de vrijwillige afspraken niet het gewenste effect gehad. Daarom is een andere aanpak nodig. Het opnemen van een gezondheidscriterium in het lokale vestigingsbeleid van gemeenten kan leiden tot een gezondere samenleving met minder overgewicht.

Tussentijdse evaluaties van het RIVM tonen aan dat er in het realiseren van de NPA-doelen om overgewicht terug te dringen te weinig vaart zit. Zo is het percentage volwassenen met overgewicht gestegen tot 51 procent, terwijl het doel voor 2040 38 procent is. Bij jeugdigen is dit percentage gestegen naar 16 procent in 2022 tegen het doel van 9 procent. 

Op dit moment kunnen gemeenten de verkoop van ongezonde voeding op basis van gezondheidsargumenten niet verbieden. Wanneer zij die bevoegdheid wel krijgen, kunnen gemeenten werk maken van een gezondere voedingsomgeving.

De langlopende discussie over een gezondere leefstijl concentreert zich op de lage prijs van ongezonde voeding en het enorme aanbod van ongezond eten. Hoewel fastfoodketens enige variatie in hun menukaart hebben doorgevoerd, verloopt dit proces traag. 

Het kabinet heeft onlangs definitief besloten tot invoering van de Nutriscore die het de consument gemakkelijker moet maken om gezondere voedingskeuzes te maken. 

Naast aanbod en prijs is goede voorlichting over gezonde voeding cruciaal voor een gedragsverandering van de consument richting een gezonder voedingspatroon.

Het is belangrijk dat gemeenten met die nieuwe wet ‘gezondheid’ centraler gaan stellen in hun vestigingsbeleid. Dit leidt ook tot een diverser winkel- en horeca landschap en dat is dubbele winst voor de consument.

3 weken geleden

Detailhandel flink geraakt door voorzichtige consument en oplopende kosten

De detailhandel heeft het moeilijk door toenemende kosten en veranderend consumentengedrag. Deze druk heeft een aanzienlijke impact op de sector. Zo hebben zowel grote winkelketens als kleinere ondernemingen moeite om financieel het hoofd boven water te houden.

Consumenten passen hun bestedingspatroon aan vanwege oplopende prijzen en zijn voorzichtiger geworden bij het doen van aankopen. Deze terughoudendheid leidt tot lagere omzetten voor winkeliers, die zich vervolgens gedwongen zien om klanten met creatieve strategieën aan te trekken en te behouden. Bijvoorbeeld door in te spelen op een unieke en aangename winkelervaring, het combineren van fysiek en online shoppen of productpromotie en klantinteractie via sociale media.

Afgezien van terughoudendheid bij de consument is er ook sprake van stijgende kosten. Zo zet de inflatiedruk op de kosten van inkoop, personeel, huur en energie. Ondernemers zien zich geconfronteerd met een uitdagend evenwicht tussen het handhaven van concurrerende prijzen en het dekken van hun gestegen uitgaven. Dit heeft invloed op de winstmarges die ook al door de verminderde omzet worden beïnvloed.

Een zorgwekkend neveneffect van deze ontwikkelingen is het dalende rendement van bedrijven. De druk op de winstmarges maakt het bijvoorbeeld moeilijker om aan financiële verplichtingen als belastingen te voldoen. Er zijn veel bedrijven die moeite hebben om hun belastingschulden opgebouwd tijdens corona terug te betalen. Dit kan leiden tot verhoogde financiële stress en in sommige gevallen zelfs tot faillissementen.

Om hier het hoofd aan te bieden zullen bedrijven naast kostenbeheersing ook moeten kijken naar het ontwikkelen van nieuwe bedrijfsmodellen. Bijvoorbeeld door in te spelen op duurzaamheid of aan de hand van klantgegevens persoonlijke aanbiedingen en/of aanbevelingen met klanten te delen. Het zal de komende periode veerkracht van ondernemers vragen om mee te kunnen bewegen met de dynamiek van de sector.

1 maand geleden